Onlangs kreeg ik een update van een tweelingmoeder. Ze heeft een twee-eiige meisjestweeling, over wie ze af en toe met me mailde. De meisjes zaten samen in de klas, maar hadden soms gekibbel over vriendinnen. Wie was nou vriendin van wie? Dit komt vaker voor bij tweelingen. Is het verstandig om ze van klas te splitsen, vroegen de ouders zich af. Soms is dat dan inderdaad verstandig, maar deze meisjes wilden dat ook weer niet. De ouders praatten elk jaar opnieuw met ze over hun gevoelens en hun wensen en zo kwam het dat ze toch elk jaar weer voor dezelfde klas kozen.
Nu gaan ze naar de middelbare school en weten ze het allebei heel zeker: eigen klassen. De moeder schrijft:
“Het is mooi om te zien hoe ze hierover in gesprek met elkaar gaan. De reden voor de eigen klas is vooral de behoefte aan een eigen netwerk/vriendenkring. Ze kunnen gelukkig goed naar elkaar verwoorden wat ze vinden en voelen. Dit gaat meestal tactvol, soms onbewust (en onbekwaam) hard en soms gepaard met de nodig frustratie (die ik me goed kan voorstellen). Wie welke vriendinnentjes mee mag nemen naar de volgende klas was voor ons als ouders echt een ding, maar eenmaal in een individueel gesprek snel opgelost. Een van de twee wil graag een schone start, een klas vol onbekenden, des te meer kans op een eigen maatje. De ander voelt zich veiliger om samen met bekenden over te stappen. Trots ben ik op deze toppers en blij hoe ze hierin groeien”.
Deze tweeling is dus zelf tot een punt gekomen waarop het het loskomen van elkaar opzoekt. Dit is een belangrijke stap in de ontwikkeling van de eigen identiteit. Die eigen identiteit: dat is het thema waar de hele discussie van ‘samen of niet’ om draait. Er wordt niet beseft dat deze ontwikkeling bij een tweeling via de ouders en hun opvoeding plaats vindt. Hoe? Door hen als twee aparte individuen te zien, hen ieder de aanpak te geven die ze nodig hebben, hen te helpen met keuzes en naar ze te luisteren, zoals deze moeder deed en ook door regelmatig iets met elk kind apart te doen. Juist in de alleentijd met je meerlingkind leer je hem /haar beter kennen, kun je beter intunen op het kind en zijn gevoelens valideren. Dat is wat een kind helpt bij het ontdekken wie hij is. “Ik ben sportief, hé, mama?” “Zeker lieverd, je bent een echter sporter en je vindt het heerlijk, hé? Als ouder houd je je kind een spiegel voor en op die manier leert het kind te zien wie hij is en wat hij nodig heeft.
Een fysieke scheiding, zoals gebeurt bij jonge tweelingen, op het KDV of basisschool, is geen emotionele scheiding. Jonge tweelingen zitten nog met allerlei draadjes aan elkaar vast en voelen zich ontredderd. Ze snappen niet waarom ze niet samen mogen zijn, ze missen elkaar en vragen zich af wat er mis is met ze, want waarom mag iets niet wat voor hen natuurlijk en normaal is.