DE KLEREN MAKEN DE TWEELING OF NIET?

Coks Feenstra · Ontwikkelingspsychologe

19 de november de 2015

DE KLEREN MAKEN DE TWEELING OF NIET?

WAT ZIT ACHTER HET GELIJK KLEDEN EN HOE SLECHT IS HET?
n
nHet leek heel lang not done om een tweeling hetzelfde te kleden. Althans zo werd er in de jaren ’80 en ’90 over gedacht en misschien nog wel.

De gedachte is dat je een tweeling als twee aparte individuen moet opvoeden en daarbij hoort verschillende kleding, net als verschillende klassen. Toch?

Inmiddels wordt er tegenwoordig wat genuanceerder over gedacht.

Mary Rosambeau, psychologe, moeder van een tweeling en actief lid van TAMBA, schrijft interessante feiten over dit thema in haar boek ‘How twins grow up’. Voor het eerst lees ik een uiteenzetting over dit onderwerp dat uitsteekt boven het ‘opendeur’ karakter wat het bij mij altijd opriep. Ze bekijkt het thema zowel vanuit de ouders als vanuit de tweelingen. Ze deed een onderzoek onder 600 volwassen tweelingen, zowel eeneiigen als twee-eiigen.

DE IDENTITEIT VAN EEN TWEELING

Zoals bekend hebben tweelingen een dubbele identiteit: ze voelen zich een tweeling (het wij-gevoel) en een eigen persoon (het ik-gevoel). Dezelfde kleding dragen bevestigt de tweelingidentiteit bevestigt. Ouders vinden dit vaak leuk. Ze genieten van hun speciale status als meerlingouder en geven dit aan door hun tweeling hetzelfde te kleden. Wie wordt niet ontroerd bij het zien van een jonge tweeling in dezelfde kleertjes? (als het om een volwassen tweeling gaat, is onze reactie heel anders, daarover later meer). Het is dus helemaal niet zo vreemd dat ouders gaan voor dezelfde kleding voor hun tweetal.

Maar ook tweelingen zelf vinden het vaak leuk, aldus Rosembeau. Bij eeneiigen is hun smaak vrijwel identiek en hebben ze bijvoorbeeld allebei dezelfde lievelingskleur. Een aantal moeders aan het woord:

‘Ik kocht voor ieder eenzelfde kleur, voor de een in het blauw en de ander in het rood. Maar dat was niet ok. Ze vonden beiden de blauwe het mooiste, dus ben ik de rode gaan ruilen’.

‘De meisjes leren op het potje te gaan. Als de een een ongelukje heeft en ik moet haar verschonen, dan wil haar zusje ook andere kleren aan. Als zij kort daarna een ongelukje heeft, moet ik dit ritueel herhalen, want ook haar zusje wil hetzelfde gekleed gaan. Ik heb ze nog nooit zo vaak verkleed als nu!’

Nog een leuk verhaal is dit: ‘Mijn jongens, eeneiig en 5 jaar, werden uitgekozen om mee te doen met een modeshow. De ontwerper had een hele rij kleding uitgezocht die ze moesten vertonen. Maar ze wilden alleen het podium op als ze hetzelfde aan hadden. Het publiek zag dus alles in duo en de show duurde twee keer zo lang! Gelukkig kon de ontwerper er wel om lachen’.

Volgens Rosambeau heeft de wens om gelijk gekleed te gaan, alles te maken met hoe de kinderen zichzelf beleven. Hetzelfde dragen is voor hen een bevestiging van hun tweelingzijn. Ze voelen zich hier fijn bij, want het sluit aan bij hoe ze zich innerlijk voelen. Dit kan zeker in hun jeugdjaren een rol spelen bij de wens om hetzelfde te dragen.

VERSCHIL TUSSEN EENEIIGEN EN TWEE-EIIGEN

Er is een verschil tussen eeneiigen en twee-eiigen. Kunnen eeneiigen echt huilen en protesteren als de één anders gekleed gaat dan de ander, bij twee-eiigen komt dit minder voor. Soms willen zij zelfs zelf andere kleding. Een moeder: ‘Van mijn twee-eiige meisjestweeling, houdt de één van broeken, de ander draagt het liefst jurken. Dus daardoor is het thema heel makkelijk. Als we naar iets speciaals gaan, een familiefeest bijvoorbeeld, dan kleed ik hen wel gelijk, althans als ze dit willen’.

Dat laatste punt is een belangrijk gegeven.

Volgens onderzoek, heeft dezelfde kleding dragen niet een negatieve impact op de tweeling, tenzij het tegen hun zin gebeurt. Paul, 16 jaar: ‘Wij vonden het niet fijn vanwege de aandacht die we trokken. We waren heel verlegen en wilden het liefst niet opgemerkt worden. Onze moeder zag dat niet en genoot van al die mooie identieke pakjes’. Yolanda, eeneiige tweeling van 18 jaar: ‘Mijn zus en ik wilden rond onze 12e jaar ieder anders zijn en we gingen ons verschillend kleden. Maar onze vader vond dat niet goed. Jullie zijn toch een tweeling? We hebben toen nog een paar jaar gewacht, maar tenslotte zijn we ons eigen zin gaan doen. We wilden het echt graag. Onze moeder steunde ons daarin’.

Nancy Segal, auteur van ‘The entwined lives’, raadt gelijk kleden niet aan voor alle tweelingen, zeker niet voor de twee-eiigen. ‘Eeneiigen kunnen er wel van genieten en het is goed daar rekening mee te houden. Maar zie je dat ze hun uiterlijk gaan gebruiken om aandacht te krijgen, dan is het goed dat in te perken’. Ze doelt hier op het Prima Donna Effect, dat vooral bij meisjes voorkomt, zowel bij eeneiige als twee-eiige. De tweeling gebruikt hun gelijkenissen om de aandacht op zich te vestigen. Dit kan de ontwikkeling van hun individuele identiteit in de weg staan. In zo’n geval is het goed hen verschillend te kleden en hen te laten ervaren dat ze mooi zijn als individuen.

Bij een meisjes-jongentweeling ligt het thema eenvoudiger. Een moeder: ‘Ik kleed de kinderen, 4 jaar, verschillend, dat gaat automatisch. Voor speciale gebeurtenissen vind ik het wel leuk om ze op een manier te kleden waarin hun tweelingband duidelijk wordt. Bijvoorbeeld voor haar kies ik een rok met ruiten en hij een broek van hetzelfde patroon. Of ik kies voor eenzelfde trui, terwijl de rest verschillend is’.

IDENTITEIT EN KLEDING

Kies je voor dezelfde kleding, dan benadruk je daarmee dus hun tweelingidentiteit. Daar is op zich niets mis mee. Zeker in de eerste jaren komt dat vaak overeen met wat de tweelingen zelf leuk vinden, vooral bij eeneiigen. Omdat ze ook ieder een eigen individu zijn, is het ook goed om dat te benaderen. Dat kan via kleding maar ook op andere manieren (af en toe met elk kind apart er op uit, de kinderen op verschillende clubjes doen, de tweeling om beurten naar Oma, etc.).

Soms geeft een tweeling het zelf heel duidelijk aan. ‘Mijn vijfjarige jongenstweeling, eeneiig, vroeg me opeens of ik hen verschillend wilde kleden. Ze wilden geen tweeling meer zijn. Ik deed het. Dat duurde 3 dagen. Toen vroegen ze me om hen weer hetzelfde te kleden. Ze wilden weer een tweeling zijn’.

Waarschijnlijk wilden ze af van het eeuwige commentaar of de vergelijkingen, maar ze vonden het nog steeds fijn om een tweeling te zijn!

Tweelingen komen zelf op een punt dat ze eigen kleding prefereren boven alles hetzelfde. Voor eeneiigen is dit soms een echte stap.

Yolanda, eeneiige tweelinghelft: ‘We wilden het wel, maar vonden het ook eng. Eerst begonnen we met het dragen van onze kleding op verschillende momenten, zodat we in ieder geval niet hetzelfde gekleed waren. Later kochten we eigen kleding en begonnen we die te gebruiken. Het voelde vreemd, alsof we elkaar ontrouw waren, terwijl we het notabene samen hadden besloten’.

Miriam, ook eeneiig: ‘Ik vond het fijn dat we nu onze eigen kleding hadden. Het voelde alsof ik uit de schaduw stapte’.

De behoefte om als eigen persoon gezien te worden en zich ook zo te voelen, doet zich, vroeg of laat, bij alle tweelingen voor. Behalve bij een enkele tweeling die op volwassen leeftijd nog identiek gekleed gaat. Toch zijn dit uitzonderingen. Dat is dan meestal een tweeling die een parallel leven leidt en samenwoont. We vinden dit lang niet meer schattig omdat in deze gevallen de ‘wij-identiteit’ sterker is gebleken dan de ‘ik-identiteit’.

Toch wijst onderzoek naar het thema kleding niet uit dat een tweeling hetzelfde kleden een sterkere tweelingidentiteit in de hand werkt. Met andere woorden: wil je tweeling hetzelfde aan, kom ze daarin dan tegemoet. Het ontwikkelen van het eigen ‘ik’ wordt op vele manier gestimuleerd en is niet afhankelijk van dit ene aspect.

Enkele suggesties:

• Voor de omgeving is verschillend kleden een voordeel want het helpt de kinderen persoonlijk te kennen (denk aan de onderwijzer, mede-leerlingen, etc.). Je kunt ook kiezen voor color-coding (één kind, één specifieke kleur). Of je kiest voor verschillende kapsels; of bij meisjes ieder een eigen kleur strik in het haar. Naambordjes of geborduurde initialen, vinden tweelingen, volgens onderzoek van Rosembeau, vreselijk. Ze voelen zich daardoor anders dan de anderen, tenzij alle kinderen naambordjes dragen.

• Kies voor dezelfde outfits, maar in verschillende kleuren.

• Kleed ze verschillend, maar kies bij speciale gelegenheden voor dezelfde kleding.

Bij dit onderwerp is het eigenlijk hetzelfde als bij de hele opvoeding van je tweeling. Je respecteert hun tweelingband en tegelijkertijd stimuleer je ook hun eigen individuele identiteit. Volg daarbij je intuitie en doe waar zowel jij als je tweeling zich prettig bij voelt.

Coks Feenstra, ontwikkelingspsychologe

Auteur van ‘Het Grote Tweelingenboek’

Bron: ‘How twins grow up’, Mary Rosembeau, The Bodley Head

Comparte este artículo si te ha gustado
Facebook
Twitter
Email
WhatsApp