PUBERTWEELINGEN IN CORONATIJD

Coks Feenstra · Ontwikkelingspsychologe

9 de november de 2020

PUBERTWEELINGEN IN CORONATIJD

Wat is de impact van deze tijd van social distancing, elkaar niet aanraken en zo weinig mogelijk ontmoetingen op pubers?

Ongetwijfeld is deze periode heel heftig voor meerlingen in de puberteit. Vinden kinderen in de basisschoolleeftijd het voornamelijk fijn om thuiswerkende ouders te hebben, pubers leven liever zonder hen én buitenshuis. Daar vindt het leven plaats.

Dit heeft alles te maken met de ontwikkeling van hun hersenen. In het brein worden neuronale verbindingen die niet worden gebruikt, ‘gesnoeid’. Daar komen nieuwe voor in de plaats. De hersenen van pubers zijn werk in uitvoering. Dit verklaart, onder andere, de behoefte aan slaap, het rondhangen en de lethargie. De hersenfuncties die te maken hebben met zelfregulatie, kiezen, plannen, consequenties overzien en prioriteiten stellen zijn zich volop aan het ontwikkelen, wat verklaart dat pubers vaak onverstandig gedrag vertonen.
Jelle Jolles, neuropsycholoog, auteur van het boek ‘Leer je kind kennen’, zegt in een interview in het blad HUMO:
“Je moet de hersenen zien als een huis vol met kamers en kasten die bijna helemaal leeg zijn. Die hersenen zeggen: vul die kasten. Ontdek, ervaar, doe van alles. Gedurende de puberteit worden die kasten gevuld met levenservaring en kennis, de hersenen wachten op die prikkels om zich te kunnen ontwikkelen”.

En die prikkels zijn voornamelijk sociale prikkels. De behoefte daaraan is het grootst, omdat ze in een fase zijn waarin ze hun identiteit zoeken. Daarvoor zijn de sociale en fysieke interacties het belangrijkste.
Nu ligt het leven voor hen als het ware stil. Ze kunnen nog wel naar school, maar juist de ontmoetingen waarin ze veel prikkels binnen krijgen –ontmoetingen buitenshuis, bij feestjes, rondhangen met elkaar- zijn nu onmogelijk. De noodzaak van de maatregelen overzien en op te volgen is een andere moeilijkheid. Hun brein is immers niet erg goed in het overzien van de consequenties op lange termijn noch in staat om informatie die ze niet hebben ervaren, in te nemen. Het is dan ook raadzaam om hen beelden te laten zien. Visuele informatie maakt meer indruk. Op de IC’s liggen niet alleen maar oude mensen. Als ze dat zien, komt de informatie binnen.

HOE KUN JE HEN HET BESTE HELPEN?
Houd hen voor dat deze periode tijdelijk is. Nu voelen voor hen de weken als maanden en de maanden als jaren. Het ongeduld is groot bij deze groep.
Geef hen meer schermtijd, want Facetimen, whatsappen of videobellen zijn nu manieren om met elkaar contact te hebben, al vervangt het niet het echte fysieke contact.
Bedenk ook dat tweelingen bezig zijn met loskomen van jullie én van elkaar. Het is dus normaal dat ze nu meer strijd met elkaar hebben, deels omdat ze ook meer tijd samen thuiszitten, maar ook omdat een ieder op zoek is naar zichzelf. Dat is niet makkelijk met een tweelingbroer of zus, die op je lijkt en met wie je nauw verbonden bent. Daarnaast hebben eeneiige tweelingen vaak moeite om hun gevoelens tov elkaar te uiten. Kritiek op de ander kan voor hen bedreigend voelen, alsof ze ook zichzelf daarmee bekritiseren. Juist deze tweelinggroep heeft vaak moeite met het verwoorden én uitspreken van hun gevoelens. Hun nauwe samenhorigheid die tot nog toe hun relatie kenmerkte, verandert opeens in spanningen en irritaties. Het is goed je hiervan bewust te zijn want dan kun je hen helpen met deze verwarrende en ambivalente gevoelens.
Blijf beschikbaar, zodat je er bent als ze met je willen praten. Voor vragen, controle en bemoeienissen zijn ze allergisch, maar ze kunnen toch opeens op kinderlijke manier je advies vragen (en die vervolgens niet opvolgen!). Je rol van ouder wordt steed meer die van coach, mentor, begeleider, terwijl tegelijkertijd het verbieden soms ook nodig is. Drugs, drank en illegale feestjes zijn verboden. De eerste twee omdat het de hersenen beschadigt en het laatste omdat besmettingen op de loer liggen.
Wees tegelijkertijd empatisch: deze tijd is voor hen alsof ze in een wachtkamer zitten.

Soms bieden nieuwe gewoontes enige soelaas. José stelde opnieuw de individuele tijd met elk opnieuw in. “Deze gewoonte was in het slop geraakt, terwijl we het vroeger altijd deden. Nu stelde ik hen voor dat ik om de twee weken iets met één apart doe. Zij mogen kiezen. De een wil een lange wandeling maken, de ander kiest voor een film (dat doen we nu dus thuis). Het helpt want het is met enkel een puber gezelliger. Ik geniet ervan en zij ook”. Marieke, moeder van drielingjongens, bedacht ‘het ritueel van de thee’. Ongelukkig met de dagelijkse sfeer in huis, stelde ze een nieuwe gewoonte voor: met elkaar theedrinken voor het naar bed gaan in een intiem hoekje van het huis. Daar zat ze ’s avonds en wie wilde, kwam bij haar zitten. Haar ervaring:
“Ze komen niet alle drie elke avond, maar één of twee schuiven altijd wel aan. Het zorgt soms voor fijne gesprekken. Ze klagen dan over het gedrag van de ander (en), wat nodig is want het helpt ze om te ontdekken wie ze zijn. Wie ben ik? Wie is hij? En waarom gebeurt mij dit? Dat soort gesprekken. Ik ervaar het als zeer positief, het heeft een verbindend effect en dat is juist in deze levensfase erg nodig”.

Coks Feenstra

Comparte este artículo si te ha gustado
Facebook
Twitter
Email
WhatsApp