EEN GOEDE TWEELINGBAND GARANDEERT EEN GOEDE BAND MET VRIENDEN

Coks Feenstra · Ontwikkelingspsychologe

4 de februari de 2021

EEN GOEDE TWEELINGBAND GARANDEERT EEN GOEDE BAND MET VRIENDEN

Dit concludeerde Mona Bekkhus, Universiteit van Oslo, op grond van haar onderzoek naar de relatie tussen een tweeling en die met hun vrienden.

De relatie met broers en zussen beïnvloedt de ontwikkeling van een kind. Deze relatie heeft positieve en negatieve aspecten die langdurige gevolgen heeft voor de aanpassing en het welzijn van de persoon, inclusief de relatie met vrienden. Een aantal studies heeft aangetoond dat de kwaliteit en broers/zussenband een voorspeller is van de kwaliteit van vriendschapsrelaties.
Mona Bekkhus et al. onderzocht de tweelingrelatie en de vriendschappen van deze tweelingen. De tweelingband is closer dan die van gewone broers en zussen (Segal). Bovendien is deze relatie gelijker, omdat er geen leeftijdsverschil is, dus minder hierarchisch. Mogelijkerwijs is daardoor de impact van de tweelingrelatie sterker op de sociale ontwikkeling van het kind, inclusief de vriendschapsrelaties. En waarschijnlijk betekent een goede tweelingband ook goede vriendschapsbanden. Dit onderzocht Bekkhus. Een-en twee-eiige tweelingen, van hetzelfde geslacht, werden in hun jonge jaren gevolgd, op de basis- en middelbare school, wat betreft hun sociale en intellectuele ontwikkeling. Daarna werden ze 2 keer getest over de tweeling-en vriendschapsbanden, op 13 jarige leeftijd en een jaar later nog een keer.

Wat bleek? Bekkhus vond een hoge correlatie tussen een positieve tweelingband en positieve vriendschapsrelaties, op beide leeftijden. Het omgekeerde was ook waar, maar veel minder sterk. Dus een slechte tweelingrelatie hield niet automatisch in dat de vriendschaprelaties ook negatief waren.
De stabiliteit van de tweelingrelaties was sterker dan die van de vriendschappen. Deze blijft goed, terwijl die met vrienden meer wisselt. Dit gold zowel voor de MZ als de DZ (de jongen-meisjetweelingen werden in dit onderzoek niet meegenomen omdat de meeste kinderen op deze leeftijd vrienden van hun eigen sekse hebben). De grotere mate van stabiliteit heeft te maken met het feit dat tweelingen van jongsafaan veel tijd samen doorbrengen, meer dan met hun ouders en vrienden.
Je kan dus stellen: heeft een tweeling een goede relatie onderling, dan hebben ze ook goede vriendschappen. De negatieve relaties lieten een minder duidelijk beeld zien.
Bekkhus concludeerde dat tweelingen niet in het nadeel zijn wat betreft vriendschappen. Integendeel: het tweelingzijn geeft hen een context waarin ze veel sociale vaardigheden opdoen en dat heeft een positieve invloed op hun vriendschappen buiten hun co-twin om. De warme, ondersteunende tweelingband helpt de kinderen om positieve relaties op te bouwen met kinderen buiten hun twinrelatie.
Meer info over de vriendschappen van tweelingen vind je in een artikel op deze site.

Coks Feenstra
Bron:
Bekkhus, M., Brendgen M., Czajkowski N.O., Vitaro, F., Dionne G., and M. Boivin, Associations between Sibling Relationship Quality and Friendship Quality in Early Adolescence, Twin Research and Human Genetics, 19 (2), 125-135, 2016

Comparte este artículo si te ha gustado
Facebook
Twitter
Email
WhatsApp