De impact van het overlijden van de co-twin in de jeugd op het andere kind

Coks Feenstra · Ontwikkelingspsychologe

20 de april de 2023

De impact van het overlijden van de co-twin in de jeugd op het andere kind

Niet alleen de ouders lijden het verlies van hun kind, ook de co-twin maakt een zeer ingrijpende ervaring mee. Hij (zij) is zijn beste maatje kwijt.

Anna van der Wee vertelt in haar documentare ‘The Lone Twin’  hoe het wegvallen van haar tweelingbroer, in hun twintiger jaren, bij haar jaren van ontreddering en zoeken met zich meebracht. Bovendien ontving zij niet de steun die ze nodig had. Alle aandacht ging naar haar ouders.  Hoe begrijpelijk ook, toch miste zij iets. Ze was meer kwijtgeraakt dan een broer, namelijk een tweelingbroer. Het verlies van een co-twin geeft een totale ontreddering, is een specifieke rouw en behoeft veel aandacht.

HET VERLIES  IN DE JEUGDJAREN

Het hele gezin rouwt. De ouders zijn diep bedroefd over het verlies van hun kind. Ze betreuren het ook hun tweeling niet samen te zullen zien opgroeien. Voor de overgebleven tweeling is de situatie buitengewoon zwaar. Hij heeft een aantal jaren samen met zijn tweelingbroertje of -zusje geleefd. Er zijn overal in huis foto’s waar ze samen op staan en andere tastbare herinneringen.  De vroegste herinneringen van een kind gaan ongeveer terug tot het derde jaar, zoals een verjaardagsfeest met twee taarten en het samen in een bed slapen. De overgebleven tweeling mist zijn broer of zus op een heel diep niveau. Hij zal hierop reageren met verdriet, depressie, opstandigheid, scheidingsangst, nachtmerries, gebrek aan eetlust of mogelijk een terugval in zijn ontwikkeling. Een niet zichtbare, maar wel aanwezige reactie, is de emotionele verwarring waaraan hij ten prooi valt. Hij voelt zich niet meer compleet. Zijn ‘ik-besef ’ is namelijk gebaseerd op een wij-gevoel. Hij weet niet goed meer wie hij is en maakt een identiteitscrisis door. Hij beleeft een diep gevoel van eenzaamheid en hij voelt zich anders dan andere kinderen. Ook kan het vertrouwen in zijn ouders beschadigd zijn. Een kind tot ongeveer tien jaar beschouwt zijn ouders als almachtig, ze beschermen hem tegen kwaad en gevaar. Het feit dat ze de dood van zijn tweelinghelft niet hebben kunnen voorkomen, schokt hem. Het geeft hem het gevoel niet beschermd te zijn. Het is ook mogelijk dat hij zich schuldig voelt over de dood van zijn broer en zich afvraagt waarom niet hij overleden is in plaats van hem. Deze gevoelens kunnen zo heftig en deprimerend zijn dat hij ernaar verlangt bij zijn overleden broer te zijn in plaats van alleen te leven.

Het zal veel liefde en zorg nodig hebben. Ook is het belangrijk dat het overleden tweelingkind deel blijft uitmaken van het gezin. Over hem praten, zijn grappige invallen, gewoontes en belevenissen ophalen, foto’s van hem in dehuiskamer: dit alles helpt bij het proces van afscheid nemen. Volwassen tweelingen die nog kampen met de dood van hun tweelinghelft in de jeugd, beginnen vaak met het bezoeken van zijn graf als eerste stap bij het verwerken van het verlies. Ook is het een goed idee om met je kind boekjes te lezen over de dood en de gevoelens die erbij horen.

De studies van de psychologe Joanne Woodward in 1987 tonen aan dat het uiten van het verdriet en het praten erover binnen het gezin helpt bij de verwerking ervan. Deze psychologe, zelf een tweeling, verloor haar eeneiige tweelingzus op driejarige leeftijd. Zij deed een onderzoek onder 200 overgebleven tweelingen om de gevolgen van deze ervaring op te tekenen. Van de ondervraagden beschrijft 80 procent het verlies als traumatisch. Het onderzoek toonde aan dat het moment waarop de dood plaatsvond geen invloed heeft op het trauma. Het verlies van een tweelingbroer of -zus tijdens de zwangerschap of rondom de geboorte heeft een even grote impact als een latere dood. Ook de eiigheid heeft geen invloed. De pijn is zowel bij twee-eiigen als bij eeneiigen even heftig. Het lijkt er zelfs op, aldus het onderzoek van Woodward, dat de pijn van het verlies van een tweelinghelft sterker is dan die van ouders of andere broers. Het is belangrijk dat je, ondanks eigen verdriet, de emoties van je kind begrijpt. Voor hem is zijn meest trouwe maatje heengegaan, die altijd aan zijn zijde stond. Voor hem was het een zeer belangrijke hechtingspersoon. Hij kent het leven niet zonder hem. Soms kan het goed zijn professionele hulp te zoeken.

Suggesties

Het komt voor dat ouders moeite hebben om zich aan het overgebleven kind te hechten. Dit komt ten dele omdat ze bang zijn hem ook te verliezen. Ook kan meespelen dat het kind hen doet denken aan het overleden broertje of zusje. Het contact is dus pijnlijk geworden. In al deze gevallen is het goed hulp te zoeken, want het tweelingkind heeft meer dan ooit de steun en liefde van zijn ouders nodig.

Probeer een te beschermende houding ten opzichte van het overgebleven tweelingkind te vermijden. Het risico op sterfte is niet hoger bij tweelingen dan bij andere kinderen, met uitzondering van wiegedood (wel een verhoogd risico bij meerlingen). Een tweeling die zijn broertje verloor tijdens zijn jeugdjaren, vertelde me dat zijn ouders hem uit bezorgdheid nooit meer met een schoolexcursie of -kamp mee lieten gaan. Zo namen zijn eenzaamheid en het verlangen naar zijn broer alleen maar toe.

Neem contact op met een organisatie als een rouwverwerkingsgroep. Zowel voor jullie als voor het tweelingkind is het goed om met anderen over het verlies te praten.

Het overgebleven tweelingkind zoekt mogelijkerwijs in zijn vriendjes een sustituut van zijn co-twin. Daarom kan hij als te dwingend of eisend worden ervaren door de eenlingvriendjes die zijn houding niet begrijpen. Het is goed om je kind hiermee te helpen. Een vriendschap met een ander overgebleven tweelingkind kan wel hem die veiligheid en dat contact bieden die hij zoekt.

Tekst deels overgenomen uit mijn boek ‘Het Grote Tweelingenboek’, Uitgeverij Ad. Donker, 4e editie.

Comparte este artículo si te ha gustado
Facebook
Twitter
Email
WhatsApp